De tas van de leraar – Hiromi Kawakami

Tsukiko is achtendertig jaar en alleen. Voor de liefde, zo gelooft zij, is zij niet gemaakt. Dan ziet ze in een kroeg voor het eerst in twintig jaar Sensei, een leraar uit haar middelbareschooltijd, terug. Vanaf dat moment ontmoeten ze elkaar daar geregeld en gaan ze samen op paddenstoelenjacht, naar een feestje onder de kersenbloesems en naar een herberg op een eiland. Allebei zoeken ze elkaars toenadering, terwijl ze die op hetzelfde moment ontvluchten – Sensei door de herinneringen aan zijn vrouw, die hem jaren geleden verliet, en Tsukiko door afspraakjes te maken met mannen van haar eigen leeftijd. Terwijl de dagen rustig voortkabbelen, weten Sensei en Tsukiko echter het leeftijdsverschil te overstijgen en de droefheid in elkaars hart te verlichten.
In gevoelig proza en krachtig sprekende beelden vertelt Hiromi Kawakami over een ongebruikelijke liefde. Zelden is een opbloeiende liefde tussen twee mensen zo subtiel en tegelijkertijd zo indringend beschreven.

Het verhaal kwam langzaam op gang. Op een gegeven moment vond ik het zelfs saai. Ik wilde bijna stoppen maar heb toen toch doorgezet omdat er op de een of andere manier toch wel iets was dat me nieuwsgierig maakte naar hoe het verder zou gaan. De laatste helft van het boek vind ik persoonlijk het beste.

Dit boek, en vooral in het begin, gaat niet zozeer om het spannende plot maar meer om de gedachten (eenzaamheid) van de personages te voelen. Iets wat ik ondertussen wel vaker heb gemerkt bij Japanse auteurs. Of misschien is het toeval, ik weet het niet.

Een van de stukjes waarbij het gevoel van eenzaamheid goed was beschreven op een (voor mij) unieke manier wil ik graag met jullie delen. Het is wel een beetje een lang stuk, dus als je daar geen zin in hebt scrol dan vooral verder.

‘Ik keek omhoog naar de hemel. Ik had een grote boomstronk zien liggen en was daar maar op gaan zitten. Satoru, Touru en Sensei ware alle drie dieper en dieper het woud in getrokken. Het gehamer klonk nu ver weg. In plaats daarvan kon ik een schril gekwetter horen.
Deze plek was doordrongen van het vocht. Niet alleen de bodem was zompig; de bladeren van de bomen, het struikgewas, de zwammen en de schimmels, de talloze micro-organismen onder de grond, de platte beestjes die over de aarde kropen, de gevleugelde insecten die door de lucht zweefden, de vogels die op de takken zaten, en de grotere dieren die diep in het woud leefden – ik had het gevoel dat die lucht zich vulde met hun uitwasemingen.
De hemel was eigenlijk amper te zien. Door de kruimen van de bomen die samen het bos vormden, kon ik er slechts hier en daar een glimp van opvangen. Het bladerdek leek wel en maaswerk dat de lucht overspande. Naarmate mijn ogen gewend raakten aan het schemerlicht, werd ik me ervan bewust wat er zich allemaal tussen het kreupelhout bevond. Oranje paddenstoeltjes. Mos. Iets wit en korreligs dat eruitzag als de nerven van een blad – een soort schimmel misschien? Dode kevers. Allerlei soorten mieren. Een of andere duizendpoot. Motten op de achterkant van bladeren.
Het voelde vreemd om omringd te zijn door zoveel levende wezens. In de stad waande ik me altijd alleen, of hoogstens met twee, als ik samen was met Sensei. En in de stad woonden alleen maar grote schepsels. Zo had ik dat tenminste altijd bekeken.
Maar als ik een beetje had opgelet, zou ik ongetwijfeld gemerkt hebben dat ik ook in de stad werd omringd door tal van levensvormen. Sensei en ik waren daar natuurlijk niet de enigen. In de kroeg had ik alleen maar oog voor Sensei. Maar Satoru was daar ook. Er waren ook vele klanten die ik kende van gezicht.
Maar niemand van hen nam ik waar als echt, levend mens. Ik stond er niet bij stil dat ze een bestaan hadden en, net als ik, op allerlei manieren hun dagen vulden.

Sommige stukjes waren heel ontroerend en pijnlijk om te lezen maar soms deed het me ook helemaal niets. Eenzaamheid en vervreemding is wat de schrijfster je wilde laten voelen maar soms was het gewoon iets té letterlijk waardoor het me niet echt raakte. De zoveelste wat doe ik hier, waarom ben ik hier, wat is er mis met me en ik hoor hier niet deden op een gegeven moment niks meer met me.
Bepaalde dingen werden extra vaak herhaald zoals ‘de kaarsrechte rug van Sensei’. Ik snap dat ze hiermee probeert de karakters eigen te maken maar ook dat was ik op een gegeven moment wel zat.

Ik stoorde me dus aan zulke herhalingen, maar ik vond andere unieke dingen bij personages, die maar één keer werden benoemd in het verhaal wel heel goed. Dit gaf wél iets extra’s aan de personages. Een van die stukjes wil ik met jullie delen.

‘Ik had de nieuwe rasp eigenlijk gekocht met het idee hem aan Sensei te geven. Terwijl ik naar de fonkelende messen stond te kijken, had ik zin gekregen hem te zien. Ik kreeg dus zin hem te zien terwijl ik stond te kijken naar een mes dermate scherp dat het bij de minste aanraking een bloedende snijwond zou veroorzaken. Waarom riep de fonkeling van een mes dit soort gevoelens bij me op? De associatie was me niet duidelijk, maar ik wilde Sensei in ieder geval dolgraag zien.’

Ik vond de stukjes waar Sensei het over zijn ex-vrouw heeft heel vermakelijk. Maar ze waren zo random en stonden voor mijn gevoel verder helemaal los van het verhaal. Eigenlijk snap ik nog steeds niet wat het punt is geweest van de schrijfster met deze stukjes.

Er wordt veel aandacht besteed aan eten. Elke keer als ze samen gaan eten (en dat komt behoorlijk vaak voor in het verhaal) wordt er precies beschreven wat ze eten, hoeveel porties en welke drankjes ze er bij nemen. Ik vraag me wederom af waarom de schrijfster dit precies heeft gedaan, het voegt verder gewoon niet zoveel toe en op een gegeven moment scande ik er overheen.

Een van de betere dingen uit het boek vond ik de manier waarop de geforceerde en neppe ‘liefde’ tussen Tsusiko en Kojima is beschreven. Kojimo is een oud-klasgenoot van Tsusiko en hij is overduidelijk verliefd op haar, al vraag ik me af of hij ook niet van ‘iets’ aan het vluchten is in het verhaal, maar daar kwam ik helaas niet achter. Tsusiko probeert wanhopig om ook van hem te houden, omdat ze weet dat met Sensei samenzijn niet helemaal kan volgens de normen van de maatschappij. Hoe ze zichzelf voorliegt, probeert en probeert en hoe ongemakkelijk en gespeeld hun liefde is, was zeer goed geschreven.

Lees niet verder voor spoilers:

 
Het einde kwam ontzettend onverwachts, het ene moment was Tsukiko nog samen met Sensei en het andere moment las je tussen neus en lippen door dat hij overleden is. Het kwam heel hard binnen bij me. Ik weet niet of dit typisch iets Japans is maar ik heb dit ‘trucje’ ook gelezen in ‘Norwegian wood’, ‘Kokoro:  de wegen naar het hart’ en ‘Kafka op het strand’ (blogpost over Kafka volgt nog). Op basis van een paar boeken die ik heb gelezen kan ik die conclusie natuurlijk niet trekken maar het viel me wel op. Hoe dan ook, ik trap er elke keer weer in en het doet elke keer weer even veel pijn.

Hoewel het einde van het verhaal verdrietig was, was het wel realistisch. Het zou ongeloofwaardig als ze nog heel lang gelukkig konden zijn samen, gezien hun leeftijdsverschil. Hoe dan ook, het was hartverscheurend dat Tsukiko niet langer kon genieten van dit geluk samen met Sensei, en al helemaal omdat ze daarvoor al zo’n lang en eenzaam leven had geleid.

Iets wat ik ook weer heel realistisch vond was dat Sensei veel later dan Tsusiko toegeeft in hun liefde. HIJ was namelijk degene die zoveel ouder was. Op het begin denk je als lezer misschien door zijn acties dat hij wispelturig is en dat hij met Tsusiko haar gevoelens speelt, maar als je verder leest kom je er wel achter dat hij puur zo reageert omdat hij niet durft toe te geven. Het proces van ontkennen naar toegeven was heel erg goed geschreven.

Dank aan de vertaling door Luk van Haute

Geen categorie

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

%d bloggers liken dit: